In de ruim 1700 kringloopwinkels in Nederland werken zo'n 20.000 mensen. De werknemers hebben geen geheimen voor elkaar, er heerst openheid. Er werken veel vrijwilligers, maar vooral ook mensen met afstand tot de arbeidsmarkt. Mensen met een 'rugzakje', zoals dat in de winkels genoemd wordt. Maar iedereen weet van het rugzakje van de ander. Deze openheid leidt automatisch tot begrip, gesprek en waar nodig een helpende hand. Zoals ex-verslaafde Simon, die Joost helpt bij zijn afkickproces. Gerda, die door het etaleren van kleding haar depressie langzaam te boven komt. 'Eén grote familie', zoals Roelof van de inname-afdeling in Steenwijk dat noemt.
Jaarlijks komen er honderden miljoenen kilo’s meubels, kleding, aardewerk en elektronica binnen in de kringloopwinkels. Hoewel het storm loopt tijdens de Kringloop Kerstkoopzondagen, gaat het niet om de spullen, maar om de mensen. Of dat nu dementerende bejaarden zijn die met een oud Sunlight-zeepje terug in hun herinnering gaan; kinderen in arme gezinnen die een verjaardagsdoos met kringloopcadeautjes krijgen; verslaafden die via de spullen in gesprek gaan en elkaar helpen; of een Syrische vluchteling die via de winkel de Nederlandse cultuur hoopt te begrijpen en de taal te leren.
De kringloopwinkel is de plek om op zoek te gaan naar bijzondere spullen, naar vintage kleding, naar design, naar onvermoede rariteiten of vergeten fotoboeken. Een snuffelparadijs. Niet voor niets zien we er ook de welgestelde middenklasse rondlopen. Het is een nieuwe verslaving. Maar de grootste schatgraver werkt in Naarden. Hij heet Mohammed. Hij specialiseerde zich in kunst en antiek. Hij werkt samen met zijn dove assistent Francis, met wie hij praat in een zelf ontwikkelde geheimtaal. Zij vinden dingen die soms duizenden euro's waard zijn. Mohammed haalde zelfs de landelijke pers met de vondst van een vroege Mondriaan.
We komen om in de spullen en vaak is het moeilijk om hier afscheid van te nemen. Opruimgoeroes als Marie Kondo zijn bestsellerauteurs, maar de mannen van de kringloopvrachtwagens weten ook wel van doorpakken. Toch vinden de medewerkers in de winkel het soms ook moeilijk om dingen weg te gooien, zoals Trineke, voor wie een oude naaimand de optelsom is van naalden, spelden, garen, band en haakjes. Die moeten allemaal apart verkocht worden in haar 'Winkel van Sinkel'. Het is bij haar geen rotzooi, maar 'goedzooi'. En je kunt bij haar één knoopje kopen in plaats van dat je gelijk een plastic verpakking koopt met twintig dezelfde knopen. In de fietsenmakerij in Zeist hebben Jan en Joost bakken vol losse onderdelen, het tegendeel van ontspullen, maar je vindt altijd wat je nodig hebt. Gerda gaat de confrontatie aan en gooit de dingen van voor haar depressie weg, ze probeert een nieuwe start te maken.
In de kringloopwinkel in Naarden heerst onrust. Er loopt een meneer rond die spiedend om zich heen kijkt om de winkel zo efficiënt mogelijk te maken. Wat gaat er de komende jaren veranderen in de kringloopwinkels? Door de 'participatiewet' kunnen er geen mensen meer met behoud van uitkering komen werken. En de hoeveelheid spullen die binnenkomt wordt alleen maar groter. Blijft het nog wel 'één grote familie'? De man die in Naarden rondloopt probeert het proces van binnenkomst van spullen tot verkoop zo efficiënt mogelijk te maken. Gerda ontdekt in Steenwijk nieuwe talenten en komt haar depressie te boven. Wadhi, de Syrische vluchteling, vindt een huis en een goed betaalde baan bij een grote modeketen. En Joost, ondertussen ex-verslaafde, vindt rust in de bossen rond Zeist.