Jan Leyers ervaart meteen aan den lijve hoe liberaal de Bosnische islam is. In Sarajevo wordt hij in een kapperszaak geschoren en gemasseerd door de eigenaar: een gesluierde barbierster. In dezelfde stad ontmoet hij twee zussen, beiden succesvolle modeontwerpsters met een eigen studio. Ze zijn het toonbeeld van de verscheidenheid van de Bosnische islam. De ene draagt een sluier, de andere niet. Ze houden een hartstochtelijk pleidooi om als Europese moslims door de rest van Europa omarmd te worden. Srebrenica Toen Bosnië zich in 1992 onafhankelijk verklaarde, brak een bloedige burgeroorlog uit. In het stadje Srebrenica vond een genocide plaats waarbij meer dan achtduizend moslimmannen het leven lieten. Leyers maakt er kennis met Ahmed, een jonge imam, wiens vader behoort tot de slachtoffers. Hij keerde recent met zijn gezin naar Srebrenica terug. Hoe gaat hij om met wat er is gebeurd en hoe kijkt hij naar de toekomst? Ahmed Hrustanović verloor zijn vader, ooms en grootvaders tijdens de genocide. Hij toont het graf van zijn vader op de begraafplaats van Potočari. De burgeroorlog zorgde voor een religieuze heropleving bij de Bosnische moslims. Leyers maakt kennis met Damir, een marketingmanager bij een IT-bedrijf die daarnaast ook lid is van een mystieke soefi-broederschap in Sarajevo. Leyers gaat met hem mee naar de wekelijkse ziqr, een indrukwekkend trance-ritueel.
Jan Leyers leert hoe de islam wordt gestuurd en georganiseerd in Bosnië. De hiërarchische wijze waarop dit gebeurt blijkt één van de geheimen van de gematigde Bosnische islam. Diep in de Bosnische bergen ligt het dorpje Prusac, een islamitisch bedevaartsoord. Jaarlijks komen er duizenden pelgrims samen om een middeleeuws mirakel te herdenken. Jan Leyers leert hoe de islam wordt gestuurd en georganiseerd in Bosnië. De hiërarchische wijze waarop dit gebeurt blijkt één van de geheimen van de gematigde Bosnische islam. Terug in Sarajevo ontmoet Leyers de voormalige grootmoefti van Bosnië, Mustafa Cerić, die waardevol advies heeft voor Europese beleidsmakers en moslimimmigranten. Hongarije Leyers trekt verder naar Hongarije, een land dat net als Bosnië ooit onder Ottomaanse heerschappij stond. Daar is amper nog iets van te merken. In Boedapest bezoekt hij één van de weinige moskeeën en maakt er kennis met de voorzitter, Szultan Sulok. Die uit zijn zorgen over de retoriek van de Hongaarse regering en merkt dat moslims het in Hongarije steeds moeilijker krijgen. Leyers laat zich uitnodigen in een moslimjeugdkamp op het Hongaarse platteland en ontdekt dat de Arabische invloed nooit ver weg is. In Boedapest ontmoet Leyers een hippiestel dat zich tot de islam bekeerde en zich beklaagt over de toenemende arabisering, waarin alleen maar regels gelden en het hart ver te zoeken is.
In een sjofele buitenwijk van Boedapest bezoekt Jan Leyers de armste moskee van Hongarije. Voorzitter Zoltán Bolek moet roeien met de riemen die hij heeft, ook tijdens de voorbereidingen van het jaarlijkse Offerfeest. Bolek neemt zijn gast mee naar een Hongaars slachthuis, waar de rituele slachting van tien koeien plaatsvindt. Het vlees wordt nadien verspreid onder de mensen van de gemeenschap. Oostenrijk Leyers reist verder naar Wenen. Onlangs werd in Oostenrijk een nieuwe islamwet goedgekeurd, die onder meer buitenlandse financiering verbiedt. Ramazan Demir, een begeesterde islamleerkracht, bespreekt de nieuwe wet met zijn laatstejaarsstudenten op het gymnasium. Van de beroemde traditionele Weense Sachertorte wordt vandaag de dag ook een halalversie gebakken. In een bakkerij ziet Leyers hoe dat in zijn werk gaat. Ook bezoekt Leyers Zell am See, dat iedere zomer wordt overspoeld door rijke Arabische vakantiegangers uit de Golfstaten. Hoe wordt dit ervaren de Oostenrijkse inwoners en overige toeristen?
In elke Britse stad staan minaretten en van een agente met een hoofddoek kijkt geen niemand op. Ook shariarechtbanken zijn in er geen taboe. Leyers ontmoet in de East London Mosque de controversiële sjeik Haitham al-Haddad, die hem uitlegt waarom shariarechtbanken ook in de rest van Europa broodnodig zijn.
In 2005 publiceerde een Deense krant een reeks cartoons van de profeet Mohammed en lokte daarmee in de hele moslimwereld boze en gewelddadige reacties uit. In een moskee in Kopenhagen krijgt Jan Leyers te horen dat de verantwoordelijkheid voor die escalatie volledig bij de Deense overheid lag. Jan Leyers trekt ook een dag op met Naser Khader, een islamitisch parlementslid dat geen bezwaar had tegen de cartoons en om die reden door moslimfundamentalisten werd bedreigd en sindsdien onder permanente politiebescherming staat. Leyers steekt de Öresundbrug over tussen Kopenhagen en Malmö en komt in Zweden, dat verhoudingsgewijs het grootste aantal vluchtelingen in Europa opving. Hij gaat op zoek naar de wortels van die gastvrijheid en ontdekt dat de recente polarisering rond de islam ook in Zweden de relatie met de – vooral islamitische – nieuwkomers heeft veranderd. Verder reizend naar Stockholm zoekt uit hoe de integratie van nieuwkomers in de praktijk wordt aangepakt. Hij ontmoet de Afghaanse Mustafa Panshiri, die veel kritiek heeft op de in zijn ogen lakse manier waarop de Zweedse overheid met de integratieproblematiek omgaat.
De oudste islamitische gemeenschap van Hamburg is Iraans en sjiitisch. Hun sprookjesachtige moskee staat aan de oever van het Alstermeer, in een van de chiquere wijken van de stad. Jan Leyers maakt er een kleurrijke koranwedstrijd mee. De grote favoriet is een Irakees die al vijftien jaar in Duitsland woont, maar eigenlijk het allerliefst naar zijn geboortegrond terug wil. Jan Leyers trekt ook naar de volkse Al-Nour moskee, gehuisvest in een voormalige parkeergarage die stilaan uit haar voegen barst. Binnenkort komt daar verandering in. Daniel Abdin is een Libanese zakenman die een leegstaande evangelische kerk heeft opgekocht en laat ombouwen tot een moskee. Maar Daniel is ook bekommerd om de mogelijke negatieve reacties van omwonenden en houdt daarom geregeld rondleidingen in de aanstaande moskee. Nog in Hamburg is Leyers getuige van een massadoop van Iraanse en Afghaanse vluchtelingen. Hij leert waarom ze de islam voor het christendom willen inruilen. Leyers brengt een dag door met Zana Ramadani, ex-moslima en gedreven feministische activiste. Zij verzet zich met hand en tand tegen de patriarchale en vrouwonvriendelijke waarden van de islam, en hekelt de overdreven tolerantie die Duitsers tegenover fundamentalisten aan de dag leggen. In Keulen is Leyers te gast bij de Turkse familie Özdag, die in het hart van de Turkse buurt een banketbakkerij uitbaat. De Özdags zijn niet streng in de leer en in een moskee zie je hen nooit. Maar, aldus jongste dochter Hülya, door al het negatiefs dat over de islam wordt verteld, ga je het als seculiere moslim toch weer voor de islam opnemen. En zo flakkert de identiteitscrisis die overwonnen leek, toch weer in alle hevigheid op.
Na een tocht van meer dan drie maanden, die startte in de Bosnische hoofdstad Sarajevo, komt Jan Leyers terug in bekend taalgebied. Op de vragen waarmee hij aan zijn reis begon, heeft hij onderweg uiteenlopende antwoorden gekregen, afhankelijk van de persoonlijke overtuiging van zijn gesprekspartner, de sociale context en het historische verleden van de plek. In deze laatste aflevering probeert Jan Leyers te peilen naar de hoop en de verwachtingen bij de moslimjeugd in België en Nederland. Hoe kijken zij naar de toekomst, welke dromen en verwachtingen koesteren ze en hoe bepalen ze hun identiteit in een samenleving die schijnbaar steeds meer polariseert?