Een assisenzaak. Chris verdedigt Koen, een jongeman die er samen met zijn vriendin Eva van wordt beschuldigd een oudere man te hebben vermoord in de toiletten van een benzinestation naast de autoweg. Chris, die Koen verdedigt, gelooft in diens onschuld. Samen met de advocate van Eva werkt ze een strategie uit. Maar Pieter Mariman, de steengoede advocaat van de dochter van het slachtoffer, een mentaal gehandicapte jonge vrouw, heeft stevige argumenten voor de jury: Koen is een tijdlang in de mannentoiletten alleen geweest met het slachtoffer, bovendien heeft Koen een grote som geld van de man gestolen. Roofmoord, zonder enige twijfel. Chris blijft rotsvast geloven in Koen’s onschuld. Inmiddels komt Hugo heel dicht in de buurt van de echte dader. Helaas kan hij niets bewijzen. Hoewel Koen manifest onschuldig is, wordt hij veroordeeld, omdat hij er door Eva wordt ingepraat op initiatief van haar pro deo advocate Katrijn Denecker. Een slag in het aangezicht van Chris, die haar vertrouwen in de advocatuur ziet wankelen.