De Eurozone is een bont allegaartje. Er zijn strebers, middenmoten en flierefluiters. Aan het ene uiterste is er Duitsland met een ijzersterke exportgerichte eco-nomie en gezonde staatsfinanciën. Aan het andere uiterste treffen we de Grieken, ei zo na failliet en amper in staat om nog iets te exporteren. De vraag of het wel zo’n geweldig idee was om deze zeer verschillende landen in één muntunie op te nemen, is zo oud als de euro zelf. De discussie gaat niet alleen over gigantische staatsschulden of falende economieën van vandaag, maar ook over de chronische problemen die achter de cijfers schuilen.
De Eurozone is een bont allegaartje. Er zijn strebers, middenmoten en flierefluiters. Aan het ene uiterste is er Duitsland met een ijzersterke exportgerichte eco-nomie en gezonde staatsfinanciën. Aan het andere uiterste treffen we de Grieken, ei zo na failliet en amper in staat om nog iets te exporteren. De vraag of het wel zo’n geweldig idee was om deze zeer verschillende landen in één muntunie op te nemen, is zo oud als de euro zelf. De discussie gaat niet alleen over gigantische staatsschulden of falende economieën van vandaag, maar ook over de chronische problemen die achter de cijfers schuilen.