De Nieuw Amsterdam was het eerste repatriëringschip dat na de oorlog overlevenden uit Indonesië naar Nederland moest brengen. Aan boord waren ca. 1200 kinderen die door het verblijf in de kampen ernstig verzwakt waren. Onderweg op het schip brak een epidemie uit: ‘blauwe mazelen’. De ondervoede tropenkinderen waren hier nauwelijks tegen opgewassen, er vielen tientallen doden. Zo verloor Henriëtte Geel haar vriendinnetje dat ze in het Jappenkamp had leren kennen. Anderen moesten, in het zicht van de veilige haven, hun broertje of zusje vaarwel zeggen.