Bolle en Rietje zijn overleden, en dalen af naar de hel, die verdacht veel lijkt op de coulissen van de opera van Gent, waar ze samen ooit naar een voorstelling van Faust zijn gaan zien. Ze zijn nog altijd verkleed als Sinterklaas en Zwarte Piet, en proberen zo de Duivel wijs te maken dat ze twee heiligen zijn. Rietje loopt echter overal ex-vrouwen tegen het lijf. Ze weten te ontsnappen naar de poort van de hemel, waar ze echter bij de kraag worden gevat door Sint-Pieter, en terecht moeten staan voor hun losbandige leven, én voor zich onrechtmatig uitgeven voor heilige. Bolle ziet Marietje in het hiernamaals terug, maar na een vurig pleidooi van de maagd Maria wordt er geoordeeld dat Bolle en Rietje nog niet klaar zijn voor het paradijs...
Bolle en Rietje zijn overleden, en dalen af naar de hel, die verdacht veel lijkt op de coulissen van de opera van Gent, waar ze samen ooit naar een voorstelling van Faust zijn gaan zien. Ze zijn nog altijd verkleed als Sinterklaas en Zwarte Piet, en proberen zo de Duivel wijs te maken dat ze twee heiligen zijn. Rietje loopt echter overal ex-vrouwen tegen het lijf. Ze weten te ontsnappen naar de poort van de hemel, waar ze echter bij de kraag worden gevat door Sint-Pieter, en terecht moeten staan voor hun losbandige leven, én voor zich onrechtmatig uitgeven voor heilige. Bolle ziet Marietje in het hiernamaals terug, maar na een vurig pleidooi van de maagd Maria wordt er geoordeeld dat Bolle en Rietje nog niet klaar zijn voor het paradijs...