Hermans grote droom was om ooit nog eens naar Cuba te gaan. Martijn neemt hem daar dan ook graag mee naartoe! De mannen komen aan in Havana en laten zich vervoeren in een roze, Amerikaanse oldtimer. Ze genieten van alles wat de Cubaanse cultuur hen te bieden heeft. Op de parelwitte stranden ontpoppen Herman en Martijn zich als ware Robinsons. Zo gaan ze met hun blote handen kreeften vangen en slapen ze op een afgelegen eiland. Brengen de mannen het er goed van af of zijn zij uiteindelijk toch de Cubaanse sigaar?